Het gesprek is de eerste stap

De coronacrisis heeft ongelijkheid in Nederland onder een vergrootglas gelegd. Mensen die in armoede leven, worden onevenredig hard getroffen, door het virus en door de maatregelen. SDG 1: Geen Armoede is onverminderd actueel. Zeker voor gemeenten. We spreken Marjolein Moorman, wethouder Onderwijs, Armoede en Inburgering van de gemeente Amsterdam. Bijna een kwart van de 875.000 inwoners van Amsterdam heeft te maken met schulden en ongeveer 25.000 Amsterdammers kampen momenteel met betalingsachterstanden. Marjolein Moorman vertelt hoe zij armoede in haar stad wil terugdringen en, belangrijker nog, wil voorkomen.

SDG1: Geen Armoede doet in eerste instantie denken aan situaties in derdewereldlanden. Nederland kent echter ook armoede; hoe groot is het probleem?

‘In Amsterdam zijn de problemen behoorlijk groot. Armoede heeft een grote impact op het leven van mensen. Armoede is in eerste instantie een tekort aan geld, maar het gaat veel verder dan dat. Armoede gaat ook over een gebrek aan netwerk en een gebrek aan perspectief. Mensen die in armoede leven, komen minder in contact met mensen die niet arm zijn. Ze missen mogelijkheden en ervaringen die nodig zijn om uit armoede te komen.

Het lange termijneffect van armoede op onze samenleving, is dat het de sociaaleconomische en sociaal-culturele kloven tussen bevolkingsgroepen steeds dieper maakt. Mensen die geen armoede kennen, onttrekken zich makkelijk aan dit probleem. Terwijl armoede een probleem is van onze hele samenleving, niet alleen van de mensen die er zelf mee te maken hebben.’

“Armoede is een probleem van onze hele samenleving, niet alleen van de mensen die er zelf mee te maken hebben”

Waar zie je die tweedeling ontstaan en wat doen jullie eraan om die te voorkomen?

‘De tweedeling is goed te zien in het onderwijs. Leerlingen drijven verder uit elkaar: er ontstaan steeds diepere kloven tussen welgestelden en armere kinderen. Armere kinderen hebben de middelen en mogelijkheden niet om zelfstandig de kloof te overbruggen.

Ik ben geen voorstander van vroege selectie in het onderwijs, die we nu kennen, maar pleit juist voor brede brugklassen en brede schoolgemeenschappen. Zo zorgen we voor een langere ontmoeting tussen kinderen van verschillende klassen en niveaus. In deze polariserende wereld wordt dat met de dag belangrijker. We moeten elkaar blijven ontmoeten en leren kennen. Het gesprek is de eerste stap om de kloof te overbruggen.

“We moeten elkaar blijven ontmoeten en leren kennen. Het gesprek is de eerste stap om de kloof te overbruggen”

In Amsterdam hebben relatief veel jongeren een schuld, zo’n dertig procent. De coronacrisis laat ook haar sporen na bij deze groep. Maak je je hier zorgen over?

‘Dit is inderdaad een zorgwekkende situatie. Schulden bij jongeren moeten we echt voorkomen: schulden zorgen vaak voor veel stress, wat een negatief effect heeft op school, werk en gezondheid. Ook blijven schulden jongeren vaak achtervolgen: als je op vroege leeftijd in de schulden raakt, gaat dat hand in hand met financiële achterstanden in de toekomst.

We nemen verschillende initiatieven om dit probleem aan te pakken. Eén van de dingen die we doen, is het programma ‘Jongeren Schuldenvrije Start’. Jongeren kunnen een beroep doen op de gemeente. Wij nemen hun schuld over en onderhandelen namens hen met schuldeisers. De jongeren koppelen we aan een coach met wie zij samen doelen stellen. Als die doelen, op het gebied van werk of onderwijs, zijn behaald, worden de schulden (gedeeltelijk) kwijtgescholden.’

Kortom, voorkomen is beter dan genezen? 

‘Zeker. We wachten niet meer totdat mensen om hulp vragen, maar we nemen zelf het initiatief om te kijken waar we Amsterdammers kunnen helpen. Zo hebben we het programma ‘Schuldenrust’ opgezet. Met dit programma willen we voorkomen dat mensen verder in de problemen komen als ze eenmaal in de schulden zitten.

Onderdeel is de pauzeknop die moet zorgen dat schulden ‘klein’ blijven. We willen voorkomen dat mensen nog meer incasso’s en aanmaningen krijgen, totdat er in samenwerking goede betalingsafspraken zijn gemaakt.

Een ander onderdeel van ons beleid is het programma ‘Vroeg erop af’. Hierbij signaleren we geldproblemen of schulden vroegtijdig door bijvoorbeeld betalingsachterstanden in kaart te brengen. Denk aan mensen die hun huur of zorg niet meer (kunnen) betalen. We stappen proactief op deze mensen af en helpen hen door gezamenlijk een plan van aanpak op te stellen. Op deze manier kunnen we mensen het broodnodige perspectief bieden in lastige situaties.’

Hoe helpen, tot slot, de Sustainable Development Goals bij het oplossen en voorkomen van armoede?

‘Het is niet zo dat ik elke dag op sta met de SDG’s in gedachten. Tegelijkertijd vind ik de SDG’s doelen die we collectief moeten nastreven. SDG’s zijn immers basisvoorwaarden voor hoe je een samenleving op een goede manier zou moeten inrichten.

“De SDG’s zijn basisvoorwaarden voor hoe je een samenleving op een goede manier zou moeten inrichten”

Ik denk ook dat de SDG’s, en specifiek SDG 1, goed helpen om een onderwerp als armoede te agenderen. Om armoede tegen te gaan zal het een gespreksonderwerp moeten zijn voor zowel mensen die ermee dealen als voor de rest van Nederland. Daarom zouden er nieuwe podia moeten komen voor dit onderwerp. Op die manier wordt het nationwide een bespreekbaar onderwerp, wat hopelijk leidt tot nieuwe oplossingen.’

Mirte Beumer is groepsmanager bij de Reputatiegroep. Ze is verantwoordelijk voor de dagelijkse bedrijfsvoering en het bewaken en optimaliseren van interne processen. Daarnaast is ze de organisatorische kracht achter vele activiteiten intern en extern.