Soms zit je zo dicht op een vraagstuk dat je de omgeving waarin het zich afspeelt niet meer overziet. Door het innemen van helikopterview creëer je afstand om bepaalde zaken overstijgend te bekijken. Behoud de ruimte om scenario’s uit te denken en uit te diepen. Hippie-schrijver Stewart Brand ging je voor toen hij de revolutie in de zestiger jaren voelde opkomen.
Er is iets unieks aan de menselijke soort: we hebben zoveel haast in het zoeken naar oplossingen, dat we vaak te weinig aandacht besteden aan het begrijpen van het probleem. Vaak zijn we geneigd om tot in detail te kijken en te analyseren. In het probleem duiken en zo proberen we tot oplossingen te komen, inzoomen dus. En hoe mooi het om precies het tegenovergestelde te doen en de kracht van uitzoomen in te zetten. Uitzoomen betekent de rust nemen om te kijken naar het grotere geheel. Wat we nodig hebben is het denken in scenario’s, een oriëntatie die zich over honderden, misschien zelfs duizenden jaren uitstrekt. En dat begint met uitzoomen, verbanden leggen en de achterliggende patronen ontdekken. Daar kun je natuurlijk cynisch op reageren. Veel mensen zijn geobsedeerd door de stip op de horizon, die hen telkens weer ontglipt. Als je er genuanceerd naar kijkt, voel je het nut van afstand nemen. Door het grotere geheel te beschouwen, ontstaat helderheid en krijg je nieuwe inzichten. Je ziet scherper hoe zaken met elkaar samenhangen, hoe mensen zich gedragen ten opzichte van elkaar en wat daarin goed of minder goed gaat. Ook zie je dan dat dingen die op de achtergrond spelen, toch relevant blijken te zijn.
De aarde op afstand
In dit licht past de visie van de hippie-schrijver Stewart Brand: als je te maken hebt met verandering, kun je je beter richten op het voorkomen van praktische fouten dan op het neerzetten van een droom- of angstbeeld. Op een frisse middag in februari 1966 zat hij op het dak van een gebouw in North Beach, destijds de hippiewijk in San Francisco. Aan de horizon ontwaarde hij een lichte bolling. Hij fantaseerde dat hij opsteeg, steeds verder de lucht in, tot hij kon zien dat de aarde écht rond was. Het is nu lastig in te denken, maar op dat moment bestond daar nog geen foto van. En het beeld van een platte aarde, zoals wij die dagelijks ervaren als we over straat lopen, was problematisch, had Brand zich wel eens gerealiseerd. Immers, een platte aarde heeft de suggestie in zich dat grondstoffen oneindig beschikbaar zijn, verstopt onder ons, in een onbegrensde bron. Daar op dat dak realiseerde Brand zich dat een foto van de hele aarde, gemaakt vanuit de ruimte, eindelijk zichtbaar zou maken dat we feitelijk op een eindige planeet leven, en dat onze onstilbare honger naar meer, meer, zonder enige twijfel zal leiden tot schaarste. Op zijn dakterras visualiseerde Brand hoe je tot een foto van de aarde zou kunnen komen. Als we eenmaal zo’n nietig, klein bolletje in het zwarte niks zouden zien ronddolen, zouden we de wereld in een nieuw perspectief zien. Het beeld van de aarde op afstand bracht opeens overzicht.
Beschrijf de toekomst
In 1969 zagen mensen de aarde als een kwetsbare blauw-wit-groene bol, bezien vanaf de maan, op een foto gemaakt door de bemanning van Apollo 8 na de eerste bemande missie die in een baan om de maan werd gebracht. Waar San Francisco het centrum werd van de mondiale milieubeweging, voelde Brand zich aangetrokken tot een revolutie die zich begon af te spelen in garages en kelders, ten zuiden van de stad, in het gebied dat nu bekend staat als Silicon Valley. Brand schetste in de jaren zestig als eerste scenario’s. Zijn visie was eenvoudig: we hebben te maken met belangrijke problemen en daar moeten we gewoon pragmatisch mee omgaan. Door verhalen te schrijven over wat de toekomst kan brengen, kom je tot oplossingen. Brand werd later een van de inspiratiebronnen van Steve Jobs, de topman van Apple.
Een realistisch perspectief
Brand werd onder meer professor aan het vermaarde Massachusetts Institute of Technology (MIT). Hij was de man die als eerste de woorden ‘personal’ en ‘computer’ voor het eerst bij elkaar zette en hij werkte onder meer in opdracht van Shell om scenario’s voor de lange termijn te ontwikkelen. In zijn scenarioplanning gaat het niet om het zoeken naar het meest plausibele perspectief, maar om het uitwerken van verschillende toekomsten en het voorkomen van onaangename verrassingen. Zo leert een adviseur op basis van ervaring steeds beter patronen te herkennen. Dat begint met het bedenken van verschillende fantasieverhalen die zijn gebaseerd op extrapolatie, met jezelf in de hoofdrol. Allereerst een optimistische versie, vervuld van hoop, daarnaast een pessimistisch perspectief dat is vervuld van doemdenken, en vervolgens een zo realistisch mogelijk perspectief waarbij is meegewogen hoe het rampscenario kan worden voorkomen. Verbanden zoeken, relativeren, en steeds verder uitzoomen dus, zonder zelf partij te kiezen. Vanaf de maan bezien, zijn we allemaal even groot. We zijn allemaal maar stumperds die het beste willen.